Interview Matthias Van de Brul over 'Stille Nacht' (Max Last)

Op zondag 22 januari '23 verwelkomen we eindelijk de bijzondere theatervoorstelling 'Stille Nacht' van Max Last in GC ’t Blikveld, die omwille van covid een jaar moest uitgesteld worden.

Deze theatervoorstelling is niet alleen bijzonder omdat onze eigen Kon. Muziekvereniging Bonheiden hierbij na weken repeteren ook live zal meespelen. Maar de productie heeft nog een extra lokaal kantje met de Bonheidense acteur Matthias Van de Brul, actrice Isabel Leybaert (docente Conservatorium afdeling Bonheiden) en dramaturge Stefanie Lambrechts (afkomstig uit Rijmenam). Klik hier voor info & tickets voor 'Stille Nacht'.

We konden Matthias in volle repetitieperiode alvast strikken voor een kort interview over zijn roots, theaterliefde en deze nieuwe voorstelling.

Dag Matthias, het klopt dat jij geboren en getogen bent in Bonheiden?
Dat klopt. Ik groeide op in de Schommen, in het huis aan het begin van de straat, waar mijn ouders en mijn zus nu nog altijd wonen. Ik ging naar de kleuterschool in 't Kranske en vervolgens naar de Gebo. Ik volgde daarnaast ook toneellessen van het Conservatorium, in de lokale afdeling van Bonheiden. Een groot deel van mijn leven speelde en speelt zich dus af in Bonheiden. Het voelt er vertrouwd en veel van de mensen die ik graag zie, wonen er.

Bezocht je zelf vroeger dan ook voorstellingen in ’t Blikveld? Wat bleef je daarvan bij?
De lessen van het Conservatorium gingen in die tijd meestal door in 't Blikveld. Het was altijd een belevenis om naar daar af te zakken en er enkele uren toneel te spelen. Het was een verademing, een feest, een vrijplaats. Het gebouw, de zaal, de coulissen, de toonmomenten, de spots... In de lagere school gingen we zo nu en dan met de klas ook naar schoolvoorstellingen kijken. Ik herinner me een moment waarbij tijdens zo'n voorstelling de acteurs een lied zongen over Tante Teljora, of zoiets. Verder weet ik niet veel meer van de voorstelling, maar tijdens dat lied geraakte ik zo betoverd en ontroerd... Omdat ik heel duidelijk voelde dat dat was wat ik later zelf graag wilde doen.

Wat deed je uiteindelijk besluiten om zelf theatermaker/acteur te worden?
Al van jongs af aan was ik verzot op theater. In het vierde leerjaar startte ik met de lessen aan het Conservatorium en sindsdien is de theatermicrobe alleen maar toegenomen. Doorheen mijn middelbare schooltijd in Mechelen begon ik hoe langer hoe meer te beseffen dat het geen bevlieging was, maar dat het niet anders kon, dat het echt datgene was wat ik in het leven wilde doen. Ik deed toelatingsproef aan LUCA Drama (Leuven) en was erdoor. De nacht na die toelatingsproef bracht ik door bij mijn grootmoeder in de Olmenlaan, ik heb de hele nacht zitten lachen van blijdschap. Eén van mijn docenten aan het Conservatorium, Isabel  Leybaert, heeft me trouwens geholpen bij de voorbereiding op die toelatingsproef. Nu spelen we samen zij aan zij in ‘Stille Nacht’, dus de cirkel is rond. 

Van waar je voorliefde voor eigenzinnig teksttheater?
In het middelbaar studeerde ik Grieks-Latijn, dat heeft mijn voorliefde en gevoeligheid voor taal en tekst enorm aangewakkerd. Doorheen mijn studies aan de toneelschool merkte ik vervolgens al snel dat ik ook op scène heel erg van het woord houd en dat daar mijn kracht ligt als speler. De stukken van Tsjechov waren voor mij een openbaring, die teksten zijn zo sterk, zo menselijk, zo grappig en zo pijnlijk. Dat is voor mij eten en drinken. Als puber zag ik bijvoorbeeld ook de voorstelling ‘Drie Zusters’ van 't Arsenaal, dat ook al zo'n diepe indruk had achtergelaten. De mens is een talig wezen. De taal is zo rijk, zo elastisch, zo intiem. Als ik speel of voorstellingen maak, vind ik het altijd heerlijk om veel met de taal bezig te zijn. Op een podium gebeurt er iets met de taal dat de schijnbare banaliteit van ons dagelijkse spreken overstijgt, ontmantelt, ermee speelt.

Hoe kwam je uiteindelijk bij het theatergezelschap Max Last terecht, waar je ondertussen deel uitmaakt van de ‘vaste kern’?
Max Last is een beetje het troubadoursgezelschap van Leuven. Ze werken veel op locatie en het is een hechte groep kameraden. Ik kende eigenlijk alle leden al, het waren docenten, medestudenten of collega's. En twee zomers geleden werd ik erbij gevraagd om mee te spelen met ‘Van Raam Tot Raam’, een coronaproof straatvoorstelling waarbij wij in de straat spelen en de mensen van op hun stoep kunnen kijken. Ik ken weinig gezelschappen die op zo'n integere, geëngageerde én plezante manier theater maken, dus het was echt een plezier om hen te vervoegen.

Waarom moeten mensen zeker naar de nieuwe voorstelling ‘Stille Nacht’ komen kijken?
Stille Nacht zal zowat de grootste voorstelling van Max Last worden tot nu toe. Er staan zes spelers op scène én een volledige lokale fanfare. In Stille Nacht volgen we het wel en wee van een plaatselijke fanfare die repeteert voor hun kerstoptreden. Dat gebeurt niet zonder slag of stoot, de spanningen lopen hoog op, iedereen probeert de meubelen te redden, maar uiteindelijk ontploft de boel. Het is een heel grappige en scherpe tekst, over hoe elk dorp geheimen met zich meedraagt en wat dat met mensen doet. Ikzelf speel de rol van François, een jonge man die werkt als landbouwer. Hij is geobsedeerd door zijn patatten en dat zorgt vaak voor wrevel met zijn vriendin Margje. Mensen moeten zeker komen kijken omdat er met veel van onze kleine kantjes eens gelachen kan worden. En omdat er prachtige muziek zal zijn, die live wordt uitgevoerd door de plaatselijke fanfare uit Bonheiden!

We kijken er alvast naar uit!